Voordat een product in de schappen ligt, heeft deze al een hele voedselketen doorlopen. Van boeren, glastuinbouwer, akkerbouwers en verwerkers naar supermarkten en foodservicebedrijven. Ketensamenwerking is hierbij van groot belang, want ketens zijn vaak veel ingewikkelder dan wordt gedacht.
Supermarkten stellen duidelijke voorwaarden aan hun leveranciers: alle producten voldoen aan alle wettelijke vereisten. Daar bovenop werken supermarkten met bovenwettelijke eisen voor hun leveranciers. Consumenten hebben baat bij concurrentie. Supermarkten hebben baat bij een goede marktwerking. Marktwerking en concurrentie leidt tot innovatie. Hierdoor profiteert de consument van de beste producten met de hoogste kwaliteit en toegevoegde waarde tegen een gunstige prijs.
Groot deel voor export
In Nederland wordt door de land- en tuinbouwsector veel geproduceerd en een groot deel daarvan is bestemd voor de export. Nederland is trots op deze kwaliteitsexport. Door deze grote exportpositie wordt de prijs voor de agrariër vooral in het buitenland bepaald in de dynamiek van vraag en aanbod. Het CBL heeft zes ketens in kaart gebracht. Een uitkomst daarvan is bijvoorbeeld dat in de zuivelketen slechts 30 procent van de totale productstroom in de Nederlandse supermarkten terechtkomt. Van alle geproduceerde uien slechts 2%.
Animatie ‘De voedselketen – hoe werkt dat nou precies?’
In Nederland zijn we gewend dat de schappen in de supermarkt vol liggen met mooie, verse producten. Maar hoe komen die producten daar eigenlijk terecht? Dat gebeurt niet zomaar, maar daar gaat een hele voedselketen aan vooraf. Die keten kan kort en overzichtelijk zijn, maar ook langer en complexer. In een simpele animatie vertellen we graag hoe dit in zijn werk gaat: